Een veelgebruikte schildertechniek is encaustiek op een houten paneel. Bij encaustiek wordt gesmolten bijenwas gebruikt om fijngemalen pigment in te mengen. De gekleurde was wordt dan als verf op het paneel opgebracht met een penseel of paletmes.
De schilder kan in de Romeinse tijd geen kant-en-klare verf in een tube aanschaffen. De verf moet helemaal zelf worden gemaakt en dat moet elke paar uur opnieuw, omdat elke verf opdroogt. Meestal is het de taak van een leerling om de verf klaar te maken.
Encaustiek is een veelgebruikte techniek. De verf wordt gemaakt van gesmolten bijenwas met pigment.
De bijenwas wordt gesmolten boven een vlam van een olielamp. De was ligt boven de vlam in een grote oesterschelp, of ander geschikt bakje. Om de was gelijkmatig te laten smelten, wordt deze geroerd. Voor het smelten kan ook een grote metalen lepel zijn gebruikt.
Ondertussen wordt de gewenste kleurstof gemaakt door een klein brokje fijn te wrijven in een kleine wrijfschaal. Het fijne pigment kan daarna aan de gesmolten was worden toegevoegd.
De gekleurde was wordt nu op het houten paneel aangebracht. Dit kan net als tegenwoordig met een paletmes of met een penseel.
Kenmerkend voor encaustiek is de enigszins ‘dikke’ indruk. Dit komt omdat verf van bijenwas dikker is dan van ei of water. Als het schilderij klaar is en droog, kan het zachtjes opgewreven worden om een zachte glans te krijgen.
Op de kop van barak E is in 1985 een officierswoning gevonden. Opgegraven is onder meer de latrine van een centurio, het privétoilet. Tussen het afval zijn ook resten van oesterschelpen gevonden. De schelpen kunnen zowel restafval als gebruiksvoorwerp zijn.
Romeins Alphen is een initiatief van Minerva TXT producties / Eveline
Verhoeve
Copyright © teksten en foto's Eveline Verhoeve
Contact:
MinervaTXTproducties@ziggo.nl