Het pantheon, het Romeinse godenrijk, wordt op elke middelbare school wel behandeld. Vaak blijft het dan bij de oppergod Jupiter, zijn broer Neptunus, zoons als Mars en Apollo en zijn dochter Minerva. Ook de jaloerse echtgenote Juno komt in veel verhalen voor. Maar het Romeinse godenrijk is zoveel meer dan deze familie.
Naast de kern van het Romeinse godenrijk wemelt het van de halfgoden, die door Jupiter bij sterfelijke vrouwen zijn verwekt. Denk aan Hercules die vele werken moest uitvoeren om aan de wraakgodinnen te ontkomen.
Ook hebben de Romeinen de gewoonte om ‘barbaarse’ goden gewoon in hun eigen godenrijk op te nemen. Meestal gebeurt dit door een gelijkenis met een Romeinse god of godin te koppelen aan de nieuwkomer. Een voorbeeld is Hercules Magasanus, een verbinding tussen de Romeinse Hercules en de Bataafse oppergod Magasanus.
De godin Nehalennia is bekend van tweede en derde-eeuwse tempels die aan de monding van de Schelde zijn gevonden. Hoewel het waarschijnlijk gaat om een veel oudere godin wordt zij tijdens de Romeinse overheersing vereerd in een groot gebied dat Gallia Belgica, Germania Inferior, Germania Superior en Britannia omvat. Nehallenia is beschermvrouwe van reizigers.
In de eerste eeuw komt monotheïsme op. Enerzijds gaat het om het christendom, anderzijds om de mithrascultus. Het christendom krijgt voet aan de grond bij de burgers, het mithraïsme bij de militairen. Drie eeuwen later is het christendom de duidelijke winnaar.
De Romeinen hebben geen moeite met het vereren van alle goden. Vanaf de eerste eeuw wordt echter ook verwacht dat de keizers met een goddelijke status worden vereerd.
Op de foto de godin Nehalennia in een tempelhuis.
Romeins Alphen is een initiatief van Minerva TXT producties / Eveline
Verhoeve
Copyright © teksten en foto's Eveline Verhoeve
Contact:
MinervaTXTproducties@ziggo.nl